In de subcostale opname kan de diameter en de mate van collaps met de ademhaling worden gemeten. De plaats van meting is net proximaal van de inmonding van de levervenen en dient plaats te vinden in de lange as met gebruik van de M-mode. Probeer hierbij de lijn van de M-mode haaks op de v cava inferior te krijgen. Een praktisch probleem met deze meting is het feit dat het vlak van de vena cava inferior bij de ademhaling kan verschuiven, zodat er een niet reele meting van de diameter plaats vindt.
Bij niet-beademende patienten is de combinatie van diameter en mate van collaps bruikbaar om de rechter atrium druk in te schatten:
- Diameter ≤ 2.1 cm in combinatie met een collaps van > 50% met sniffing
wijst op normale RA druk (0-5 mmHg)
- Diameter > 2.1 cm met een collaps van < 50% met sniffing
suggereert een verhoogde RA druk (10-20 mm Hg)
N.B. Bij patienten aan de beademing is deze methode van schatten van de RA druk niet gevalideerd.
Referenties:
- Rudski LG et al. Guidelines for the Echocardiographic Assessment of the Right Heart in Adults. J Am Soc Echocardiogr 2010;23:685-713.